Nederland en Chili hebben een verdrag ter vermijding van dubbele belastingheffing gesloten. Het verdrag bevat een uitgebreide antimisbruikbepaling om te voorkomen dat het verdrag wordt gebruikt om belastingheffing te ontwijken. Door deze bepaling kan een land verdragsvoordelen weigeren als een bedrijf geld via Nederland of Chili laat lopen om belasting te ontwijken. Het verdrag voldoet aan de minimumstandaarden van het Base Erosion and Profit Shifting-project van de OESO/G20 tegen belastingontwijking.

Voor de verdeling van heffingsrechten over ondernemingswinsten kent het verdrag elementen uit de Modelverdragen van de OESO en van de Verenigde Naties. Door dit verdrag blijft relatief meer belasting achter in Chili ten opzichte van andere landen. Bronheffingen op rente en royalty’s worden beperkt tot 10% of minder. Pensioenen mogen belast worden in het land waar zij zijn opgebouwd. Nederland mag belasting heffen op inkomen uit aanmerkelijk belang bij emigratie. Verder zijn afspraken gemaakt over de onderlinge uitwisseling van informatie en over bijstand bij invordering van belastingen.

Het verdrag moet in beide landen nog worden goedgekeurd. Daarvoor geldt een goedkeuringsprocedure. In Nederland wordt het verdrag eerst ter advisering voorgelegd aan de Raad van State en daarna ter goedkeuring aan het parlement.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 24-01-2021

De staatssecretaris van Financiën heeft in een brief aan de Tweede Kamer gezegd dat de Wet implementatie richtlijnen elektronische handel, anders dan eerder is bericht, per 1 juli 2021 kan worden uitgevoerd. Om nadelige gevolgen van een latere uitvoering voor het bedrijfsleven te voorkomen wordt een tijdelijke voorziening getroffen. Door het wetsvoorstel worden de heffing en inning van btw op grensoverschrijdende internetverkopen van goederen en diensten aan consumenten gemoderniseerd en vereenvoudigd. Het wetsvoorstel moet in de gehele EU per 1 juli 2021 zijn ingevoerd.

De staatssecretaris wijst erop dat aan de tijdelijke voorziening risico’s en onzekerheden zijn verbonden. Deze hebben vooral met het nog onbekende volume van werkstromen te maken. Ook is er een risico dat de uitwisseling van gegevens met de lidstaten niet tijdig goed zal functioneren.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 2021-0000009117 | 18-01-2021

In verband met de coronacrisis gelden in de omzetbelasting enkele afwijkende regelingen. De toepassing van het btw-nultarief op de levering van mondkapjes, COVID-19-vaccins en -testkits en op de uitleen van zorgpersoneel is verlengd tot 1 juli 2021. Het toepassen van het verlaagde btw-tarief op de sportlessen, die sportscholen online aanbieden, loopt door totdat de verplichte sluiting van sportscholen wordt opgeheven.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | CE-AEP / 21019675 | 20-01-2021

Het tijdelijk versoepelde uitstelbeleid voor belastingen houdt in dat ondernemers op verzoek automatisch drie maanden uitstel van betaling krijgen voor belastingschulden. Langer uitstel van betaling is mogelijk als de ondernemer aan bepaalde voorwaarden voldoet. Deze regeling is verlengd tot 1 juli 2021. Tot die datum kunnen ondernemers uitstel of verlenging van verleend uitstel aanvragen. Zowel het uitstel als de verlenging lopen op 1 juli af. Ondernemers, die na het automatisch verleende uitstel van drie maanden niet aan hun betalingsverplichtingen kunnen voldoen maar niet om verlenging vragen, lopen zij het risico om uitgesloten te worden voor de betalingsregeling waarin zij hun schuld in 36 maanden kunnen aflossen. Voor ondernemers, die eerder dit jaar verlenging hebben gekregen, geldt het uitstel nu automatisch tot 1 juli 2021. De datum waarop ondernemers moeten starten met terugbetalen is verschoven van 1 juli naar 1 oktober 2021. De aflossing moet binnen 36 maanden gedaan worden.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | CE-AEP / 21019675 | 20-01-2021

Betaalpauze hypotheek

De goedkeuring betreffende het behoud van het recht op hypotheekrenteaftrek voor huizenbezitters die van hun hypotheekverstrekker een betaalpauze hebben gekregen, is verlengd tot en met 30 juni 2021.

Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK)

De Tijdelijke Ondersteuning voor Noodzakelijke Kosten (TONK) is bedoeld voor huishoudens die door de huidige omstandigheden te maken hebben met een onvoorzienbare en onvermijdelijke terugval in hun inkomen, en die daardoor noodzakelijke kosten niet meer kunnen voldoen en waarvoor andere regelingen niet of onvoldoende soelaas bieden. TONK gaat met terugwerkende kracht gelden van 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2021. De regeling kent de volgende contouren:

  • De focus ligt op woonkosten. Dat wil niet zeggen dat vergoeding voor andere noodzakelijke kosten niet mogelijk is.
  • Bij aanvragen wordt gekeken of sprake is van onvoorziene en onvermijdelijke terugval in het inkomen en naar draagkracht. Vermogen, dat vast zit in de eigen woning en pensioenen wordt buiten beschouwing gelaten. Over een vrijstellingsgrens wordt nog gesproken.
  • De middelen voor TONK worden in twee tranches via het gemeentefonds beschikbaar gesteld.
  • De verwachting is dat vanaf 1 maart 2021 gemeenten hun TONK-loketten zullen openen.

Gemeenten kunnen vanwege hun eigen beleidsruimte afwijken van deze contouren.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | CE-AEP / 21019675 | 20-01-2021

Evenementensector

Voor de evenementensector wordt een garantieregeling uitgewerkt, zodat evenementen naar verwachting vanaf 1 juli 2021 georganiseerd kunnen worden. Voor deze regeling is voor 2021 minimaal € 300 miljoen gereserveerd. De regeling wordt op korte termijn verder uitgewerkt.

Herkapitalisatiefonds

Vanwege de coronacrisis is de kans groter dat (middel)grote bedrijven met solvabiliteitsproblemen worden geconfronteerd. VNO-NCW heeft het initiatief genomen om een investeringsfonds op te richten dat Nederlandse (middel)grote bedrijven kan herkapitaliseren. Het kabinet staat positief tegenover deelname van de Staat in het fondskapitaal. Er is nog geen uitgewerkt voorstel voor dit fonds.

Sport

De bestaande steunmaatregelen voor de sportsector worden verlengd tot en met 30 juni 2021. Het gaat om de Tegemoetkoming Amateursportorganisaties, de Tegemoetkoming Verhuurders Sportaccommodaties en de Specifieke Uitkering voor ijsbanen en zwembaden. Voor dit pakket aan maatregelen is in totaal € 240 miljoen beschikbaar.

Onderwijs

De regeling, waarmee studenten in het mbo, hbo en wo een tegemoetkoming krijgen voor de studievertraging, wordt tot het einde van het studiejaar 2020/2021 verlengd. Studenten, die tussen februari 2021 en eind augustus 2021 hun diploma halen, krijgen ook een tegemoetkoming.

Steunmaatregelen mobiliteitscluster – maakindustrie

Er komt een subsidieregeling om R&D-investeringen voor bedrijven in de sectoren automotive, luchtvaart en maritiem te stimuleren. De subsidie is bedoeld voor projecten die op korte termijn kunnen starten met een looptijd van drie tot vier jaar.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | CE-AEP / 21019675 | 20-01-2021

Ondernemers hebben recht op verschillende ondernemersfaciliteiten als zij voldoen aan het urencriterium. Dit betekent dat een ondernemer ten minste 1.225 uren en de helft van zijn arbeidstijd per kalenderjaar moet besteden aan zijn onderneming. Voor het jaar 2020 gold een versoepeling van het urencriterium. Deze versoepeling geldt ook voor het eerste halfjaar van 2021. Ondernemers worden in deze periode geacht ten minste 24 uren per week aan hun onderneming te hebben besteed. In het geval van ondernemers, die de startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid claimen, gaat het om ten minste 16 uren per week.

Voor ondernemers, die seizoengebonden werkzaamheden verrichten, geldt dat zij in het eerste halfjaar geacht worden het aantal uren te hebben besteed dat zij in andere jaren besteedden aan hun onderneming. Aan de hand van de urenadministratie van 2019 kan een ondernemer beoordelen of hij in het eerste halfjaar van 2021 aan het urencriterium voldoet.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | CE-AEP / 21019675 | 20-01-2021

Gebruikelijk loon dga

Aanmerkelijkbelanghouders (dga’s), die arbeid verrichten voor hun bv, dienen ten minste belasting te betalen over het gebruikelijk loon. Voor het jaar 2020 is een afwijking van deze regeling toegestaan als de bv door de coronacrisis te maken heeft gekregen met een omzetdaling. Gezien de aanhoudende crisis is ook voor 2021 toegestaan dat dga’s van een lager gebruikelijk loon uitgaan. Ten opzichte van de maatregel voor 2020 is de maatregel voor 2021 op twee punten aangepast:

  1. De omzet over heel 2021 wordt vergeleken met de omzet over heel 2019.
  2. Het omzetverlies in 2021 moet ten minste 30% bedragen ten opzichte van de omzet 2019.

Reiskostenvergoeding, werkkostenregeling en thuiswerken

De goedkeuring op grond waarvan bestaande vaste reiskostenvergoedingen onbelast vergoed kunnen worden, ook al worden de reiskosten door thuiswerken niet (volledig) gemaakt, is verlengd tot 1 april. Voorwaarde is dat de vaste vergoeding voor 13 maart 2020 door de werkgever is toegekend.

De vrije ruimte in de werkkostenregeling wordt voor de eerste € 400.000 van de loonsom ook in 2021 verhoogd van 1,7 naar 3%. Het kabinet onderzoekt mogelijkheden voor aanvullende regelingen voor de onbelaste vergoeding van thuiswerkkosten.

Administratieve verplichtingen

Het uitstel van bepaalde administratieve verplichtingen rondom de loonheffingen is verlengd tot en met 30 juni 2021.

Grensarbeiders

De afspraken Duitsland en België over de belastingheffing van grenswerkers en de vrijstelling van belasting voor een aantal Duitse netto-uitkeringen zijn verlengd tot en met 30 juni 2021.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | CE-AEP / 21019675 | 20-01-2021

TOA Krediet

Voor ondernemers, die met gebruikmaking van de Wet homologatie onderhands akkoord hun bedrijf willen doorstarten, komt een nieuwe kredietfaciliteit, het TOA-krediet. Het betreft achtergesteld vermogen dat bijdraagt aan het buffervermogen voor het mkb. Qredits verzorgt de uitvoering van de regeling. Gemiddeld gaat het om bedragen tussen € 75.000 tot € 100.000. De looptijd van het krediet is middellang, de rente is lager dan marktconform.

Groeifaciliteit

De Groeifaciliteit ondersteunt bedrijven in de groeifase, in de overnamefase en ondernemingen die behoefte hebben aan balansversterking en versterking van het buffervermogen. Deze regeling wordt verlengd tot 1 juli 2023.

Starters

Ondernemers, die zijn gestart na 1 januari 2020, komen in aanmerking voor een nieuw Coronaoverbruggingskrediet via Qredits. Het gaat om leningen tot € 35.000 tegen 1,75% rente en met een looptijd van vier tot maximaal zes jaar. Ondernemers, die gestart zijn vóór 1 januari 2020, kunnen gebruik maken van de huidige Coronaoverbruggingskredieten met een maximumbedrag van € 25.000 en een looptijd van maximaal vijf jaar tegen 2% rente in het eerste jaar en daarna 5,75% rente. Dit krediet is vanaf het tweede kwartaal van 2021 beschikbaar.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | CE-AEP / 21019675 | 20-01-2021

De Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) is een ondersteuningsmaatregel voor zelfstandigen. De regeling bestaat uit inkomensondersteuning en de mogelijkheid van een lening voor bedrijfskapitaal. Sinds 1 december 2020 is de periode, waarover met terugwerkende kracht inkomensondersteuning kan worden aangevraagd, beperkt tot het begin van de maand waarin de aanvraag is ingediend. Vanaf 1 februari 2021 geldt dat de Tozo-uitkering kan worden aangevraagd met terugwerkende kracht tot het begin van de voorafgaande maand. Ook in Tozo 4, die op 1 april 2021 ingaat, wordt deze mogelijkheid van verruimde terugwerkende kracht opgenomen.

Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | besluit | CE-AEP / 21019675 | 20-01-2021