Laagste ziekteverzuim in de horeca

Laagste ziekteverzuim in de horeca

De horeca kende vorig jaar het laagste ziekteverzuim. In het openbaar bestuur daarentegen was het verzuim het hoogst. Volgens CBS hangen de verschillen in verzuim samen met de arbeidsomstandigheden in een bedrijfstak, kenmerken van de werknemers en de bedrijfsgrootte.

In 2016 bedroeg het gemiddelde ziekteverzuim 3,9%. Het verzuim is sinds 2006 vrij stabiel en fluctueert tussen 3,8% en 4,2%. In 2014 was het ziekteverzuim met 3,8% het laagst.
In het openbaar bestuur was het ziekteverzuim in 2016 met 5,3% het hoogst, gevolgd door de gezondheids- en welzijnszorg (5,1%). Het ziekteverzuim was het laagst in de horeca (2,2%), gevolgd door de landbouw en visserij met 2,5% verzuim.
Het verschil in ziekteverzuim tussen de bedrijfstakken hangt voor een deel samen met kenmerken van werknemers, zoals leeftijd en geslacht. Daarnaast spelen ook verschillen in arbeidsomstandigheden een rol: al dan niet gevaarlijk of fysiek zwaar werk. Werknemers die gevaarlijk of fysiek zwaar werk doen verzuimen gemiddeld meer. Ook werknemers bij grote bedrijven zijn meer ziek thuis.
Het lage verzuim in de horeca heeft onder meer te maken met de relatief lage gemiddelde leeftijd van werknemers in deze bedrijfstak. Daarnaast mogen werknemers in de horeca vaker dan in andere bedrijfstakken zelf bepalen wanneer ze verlof opnemen en beschikken ze vaker over een flexibel dienstverband. De laatste twee kenmerken hangen samen met een lager verzuim.
Bron: CBS 5-07-2017