Uit een Kamerbrief van staatsecretaris Vijlbrief blijkt dat het versoepelde uitstel ook geldt voor de kansspelbelasting, assurantiebelasting, verhuurderheffing, milieubelastingen (EB/ODE, kolenbelasting, afvalstoffenbelasting, belasting op leidingwater), accijns (minerale oliën, alcohol en tabak), verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken en vergelijkbare belastingen in Caribisch Nederland. Het versoepelde uitstelbeleid geldt tot 19 juni 2020.
Voor deze belastingen kan in de loop van deze week (week 15) ook gebruik worden gemaakt van het onlineformulier om uitstel aan te vragen. Ook hiervoor geldt dat men hiervoor gebruik kan maken van DigiD. Vanaf het moment dat het formulier is ingediend, wordt de invordering voor een periode van drie maanden direct stil gelegd. Uitstel van betaling voor aangiftebelasting is echter pas mogelijk als een (naheffings)aanslag is ontvangen. Is er nog geen aanslag opgelegd, dan wordt het verzoek om uitstel niet in behandeling genomen. Het is niet nodig voor elke (nieuwe) belastingaanslag apart uitstel te vragen.
Douane
Naast de genoemde belastingen is het ook mogelijk dat wanneer bedrijven ten aanzien van douanerechten tijdelijk niet aan hun betalingsverplichtingen kunnen voldoen, hiervoor op verzoek uitstel van betaling wordt verleend. Ook voor andere termijnen rond douaneformaliteiten zijn maatregelen genomen om in overleg met de betreffende bedrijven naar oplossingen te zoeken. Deze maatregelen zijn gebaseerd op de EU-douanewetgeving.
Meer dan drie maanden uitstel
Ook als ondernemers verwachten dat zij langer uitstel nodig hebben dan drie maanden, kan hier schriftelijk om worden verzocht. Bij een verzoek om uitstel voor langer dan drie maanden vervalt de eis dat een verklaring van een derde-deskundige mee moet worden gestuurd als de totale belastingschuld waarvoor uitstel wordt gevraagd minder dan € 20.000 bedraagt. Wel moeten cijfers worden meegestuurd waaruit blijkt dat de omzetcijfers of de bestellingen/reserveringen aanzienlijk zijn gedaald ten opzichte van de voorgaande maanden.
Bij een financieel belang van € 20.000 of meer blijft er wel een verklaring van een derde-deskundige vereist. De staatssecretaris wil dit echter zo eenvoudig mogelijk maken en kom binnenkort met een nadere uitwerking.
De Belastingdienst behandelt het schriftelijk verzoek om uitstel van betaling op dezelfde manier als een online verzoek.
G-rekening
Voor ondernemers met een g-rekening is het, naast de bestaande mogelijkheid voor het deblokkeren van overschotten, ook mogelijk om de g-rekening vrij te geven ter hoogte van het bedrag waarvoor bijzonder uitstel van betaling is verleend. Hierdoor krijgen deze ondernemers dezelfde mogelijkheden als ondernemers zonder g-rekening. Een instructie voor het aanvragen van de (aanvullende) deblokkering wordt op de website van de Belastingdienst geplaatst.
Energieleveranciers
Het kabinet wil de heffing van de EB en de ODE voor bedrijven tijdelijk uitstellen. Zo worden energieleveranciers de EB en de ODE over april, mei en juni 2020, alsmede de btw hierover, op een later moment verschuldigd dan normaal. Uitgangspunt hierbij is dat de energieleverancier voor leveringen in de maanden april, mei en juni 2020 geen EB en ODE, noch de btw hierover, in rekening brengt bij de betreffende klanten. In oktober 2020 worden de EB en ODE, vermeerderd met de btw hierover, via een aanvullende factuur alsnog in rekening gebracht en verschuldigd door de energieleveranciers. De goedkeuring geldt niet voor leveringen van aardgas en elektriciteit door energieleveranciers waarbij het tijdvak van de eindfactuur op een langere periode dan een kalendermaand ziet (huishoudens en kleinere bedrijven). Mochten bedrijven en particulieren als gevolg van de coronacrisis in betalingsproblemen komen, dan zijn de energieleveranciers bereid in gesprek te gaan om individuele afspraken te maken. Een en ander zal worden vastgelegd in een beleidsbesluit.
Bron: MvF 02-04-2020
Voor subsidiemodule MOOI relevante termijnen aangepast
Het ministerie van Economische Zaken heeft de uiterste datum voor de vooraanmelding en de openstellingsperiode van de subsidiemodule Missiegedreven Onderzoek, Ontwikkeling en Innovatie (MOOI) aangepast.
Bij de subsidiemodule MOOI wordt gebruik gemaakt van een vooraanmeldingsprocedure. Met de vooraanmelding vraagt een samenwerkingsverband advies aan de Adviescommissie MOOI over de inhoud van een MOOI-project waarvoor men van plan is een subsidieaanvraag in te dienen. Zonder vooraanmelding waarover een advies gegeven is, is indiening van een subsidieaanvraag niet mogelijk. De uiterste datum voor het indienen van deze vooraanmelding is verschoven van 20 april naar 18 mei 2020, 17.00 uur.
Om ervoor te zorgen dat er een redelijke termijn is tussen de vooraanmeldingsprocedure en de openstellingsperiode van de subsidiemodule MOOI zal de openstellingsperiode lopen vanaf 4 augustus 2020 tot en met 6 oktober 2020.
De subsidiemodule MOOI maakt onderdeel uit van het subsidie-instrumentarium van de Topsector Energieprojecten. Op grond van de subsidiemodule MOOI komen onderzoek en ontwikkeling van producten en diensten voor subsidie in aanmerking. Daarnaast komen (in beperkte mate) ook andere activiteiten voor subsidie in aanmerking, voor zover deze een bijdrage aan het project kunnen leveren. Omdat voor de realisatie van de zogenaamde missies, waarop deze projecten betrekking hebben, het vormen van samenwerkingsverbanden essentieel is, stimuleert de subsidiemodule MOOI nieuwe samenwerkingsvormen die multidisciplinair van aard zijn. Bij de eerste openstelling richt deze subsidiemodule zich op de sectoren wind op zee, hernieuwbare elektriciteit op land, gebouwde omgeving en industrie.
Door de coronacrisis worden ondernemingen uit diverse sectoren direct dan wel indirect getroffen. Daardoor zullen de voor de subsidiemodule MOOI noodzakelijke samenwerkingsverbanden naar alle waarschijnlijkheid niet tijdig kunnen worden gevormd en projectplannen niet tijdig kunnen worden ingediend. Om die reden wordt een aantal voor de subsidiemodule MOOI relevante termijnen aangepast.
Bron: Min EZK 3-4-2020, nr. WJZ/20088736 (Stcrt. 2020, 20017)
Bijzonder uitstel van betaling uitgebreid
Uit een Kamerbrief van staatsecretaris Vijlbrief blijkt dat het versoepelde uitstel ook geldt voor de kansspelbelasting, assurantiebelasting, verhuurderheffing, milieubelastingen (EB/ODE, kolenbelasting, afvalstoffenbelasting, belasting op leidingwater), accijns (minerale oliën, alcohol en tabak), verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken en vergelijkbare belastingen in Caribisch Nederland. Het versoepelde uitstelbeleid geldt tot 19 juni 2020.
Voor deze belastingen kan in de loop van deze week (week 15) ook gebruik worden gemaakt van het onlineformulier om uitstel aan te vragen. Ook hiervoor geldt dat men hiervoor gebruik kan maken van DigiD. Vanaf het moment dat het formulier is ingediend, wordt de invordering voor een periode van drie maanden direct stil gelegd. Uitstel van betaling voor aangiftebelasting is echter pas mogelijk als een (naheffings)aanslag is ontvangen. Is er nog geen aanslag opgelegd, dan wordt het verzoek om uitstel niet in behandeling genomen. Het is niet nodig voor elke (nieuwe) belastingaanslag apart uitstel te vragen.
Douane
Naast de genoemde belastingen is het ook mogelijk dat wanneer bedrijven ten aanzien van douanerechten tijdelijk niet aan hun betalingsverplichtingen kunnen voldoen, hiervoor op verzoek uitstel van betaling wordt verleend. Ook voor andere termijnen rond douaneformaliteiten zijn maatregelen genomen om in overleg met de betreffende bedrijven naar oplossingen te zoeken. Deze maatregelen zijn gebaseerd op de EU-douanewetgeving.
Meer dan drie maanden uitstel
Ook als ondernemers verwachten dat zij langer uitstel nodig hebben dan drie maanden, kan hier schriftelijk om worden verzocht. Bij een verzoek om uitstel voor langer dan drie maanden vervalt de eis dat een verklaring van een derde-deskundige mee moet worden gestuurd als de totale belastingschuld waarvoor uitstel wordt gevraagd minder dan € 20.000 bedraagt. Wel moeten cijfers worden meegestuurd waaruit blijkt dat de omzetcijfers of de bestellingen/reserveringen aanzienlijk zijn gedaald ten opzichte van de voorgaande maanden.
Bij een financieel belang van € 20.000 of meer blijft er wel een verklaring van een derde-deskundige vereist. De staatssecretaris wil dit echter zo eenvoudig mogelijk maken en kom binnenkort met een nadere uitwerking.
De Belastingdienst behandelt het schriftelijk verzoek om uitstel van betaling op dezelfde manier als een online verzoek.
G-rekening
Voor ondernemers met een g-rekening is het, naast de bestaande mogelijkheid voor het deblokkeren van overschotten, ook mogelijk om de g-rekening vrij te geven ter hoogte van het bedrag waarvoor bijzonder uitstel van betaling is verleend. Hierdoor krijgen deze ondernemers dezelfde mogelijkheden als ondernemers zonder g-rekening. Een instructie voor het aanvragen van de (aanvullende) deblokkering wordt op de website van de Belastingdienst geplaatst.
Energieleveranciers
Het kabinet wil de heffing van de EB en de ODE voor bedrijven tijdelijk uitstellen. Zo worden energieleveranciers de EB en de ODE over april, mei en juni 2020, alsmede de btw hierover, op een later moment verschuldigd dan normaal. Uitgangspunt hierbij is dat de energieleverancier voor leveringen in de maanden april, mei en juni 2020 geen EB en ODE, noch de btw hierover, in rekening brengt bij de betreffende klanten. In oktober 2020 worden de EB en ODE, vermeerderd met de btw hierover, via een aanvullende factuur alsnog in rekening gebracht en verschuldigd door de energieleveranciers. De goedkeuring geldt niet voor leveringen van aardgas en elektriciteit door energieleveranciers waarbij het tijdvak van de eindfactuur op een langere periode dan een kalendermaand ziet (huishoudens en kleinere bedrijven). Mochten bedrijven en particulieren als gevolg van de coronacrisis in betalingsproblemen komen, dan zijn de energieleveranciers bereid in gesprek te gaan om individuele afspraken te maken. Een en ander zal worden vastgelegd in een beleidsbesluit.
Bron: MvF 02-04-2020
Lager gebruikelijk loon door COVID-19
De Belastingdienst heeft aangegeven dat het gebruikelijk loon voor de rest van het jaar mag worden verlaagd in verband met de coronacrisis. Dit hoeft niet van te voren te worden afgestemd met de Belastingdienst.
Volgens het Forum Fiscaal Dienstverleners stelt de Belastingdienst zich, in verband met de coronacrisis, soepeler op met betrekking tot het gebruikelijk loon. Zo staat de fiscus toe dat een bv het gebruikelijk loon over 2020 achteraf bepaalt. Aan het einde van het jaar zullen ook meer gegevens bekend zijn om het gebruikelijk loon te bepalen. Bovendien mogen de bv en haar dga tijdelijk een lager maandloon overeenkomen. Dit geldt alleen voor de nog komende maanden. Het is niet toegestaan dat de bv het loon dat de dga al heeft genoten met terugwerkende kracht verlaagt. Zij hoeven daarvoor geen vooroverleg met de inspecteur te houden. Voor de verlaging van het maandloon geldt wel de voorwaarde dat de coronacrisis grote gevolgen moet hebben voor de omzet en liquiditeit van de bv.
Bron: Forum Fiscaal Dienstverleners 1 april 2020
Vraag online bijzonder uitstel van betaling aan
Het is nu mogelijk online bijzonder uitstel van betaling aan te vragen. Met het ‘Verzoek bijzonder uitstel voor 3 maanden’ vraagt ‘men automatisch uitstel aan voor alle aanslagen inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, omzetbelasting (btw) en loonheffingen.
Door inzending van het formulier wordt de invordering voor een periode van drie maanden direct stil gelegd. Uitstel van betaling is echter pas mogelijk als een aanslag is ontvangen. Is er nog geen aanslag opgelegd, dan wordt het verzoek om uitstel niet in behandeling genomen. Het is niet nodig voor elke (nieuwe) belastingaanslag apart uitstel te vragen.
Het formulier kan met behulp van DigiD worden ingevuld. Dit geldt zowel voor eenmanszaken en zzp’ers als voor ondernemingen met rechtspersoonlijkheid. In het laatste geval kan de werknemer of fiscaal dienstverlener met zijn eigen DigiD inloggen. Het DigiD zal verder niet worden gebruikt en niet worden opgeslagen. Op het formulier moet een RSIN of BSN worden ingevuld. Van die gegevens zal voor het uitstel worden uitgegaan.
De Belastingdienst stuurt een schriftelijke ontvangstbevestiging van het verzoek toegestuurd. In verband met de verwachte drukte kan dat enige tijd duren.
Boete
Ondernemers die een boete krijgen wegens te late betaling van hun aangifte omzetbelasting of loonheffingen vanwege de coronacrisis, hoeven geen actie te ondernemen. De boete zal automatisch worden teruggedraaid. Vanaf welk moment dit gebeurt is nog niet duidelijk. Men hoeft hiervoor geen bezwaarschrift in te dienen.
Schriftelijk uitstel
Schriftelijk bijzonder uitstel van betaling aanvragen voor drie maanden kan ook. Stuur daarvoor een brief aan de Belastingdienst met het verzoek om uitstel van betaling en geef aan dat door de uitbraak van corona er betalingsproblemen zijn. Ook als ondernemers verwachten dat zij langer uitstel nodig hebben dan drie maanden, kan hier schriftelijk om worden verzocht. Stuur het verzoek om uitstel met motivering naar:
Belastingdienst
Postbus 100
6400 AC Heerlen
De Belastingdienst behandelt het schriftelijk verzoek om uitstel van betaling op dezelfde manier als een online verzoek.
De Belastingdienst vraagt ondernemers nadrukkelijk om de aangifte wel op tijd te blijven doen.
Bron: Belastingdienst
Bijna de helft van bedrijven denkt steunmaatregelen nodig te hebben
Nederlandse bedrijven hebben hun hoop gevestigd op de steunmaatregelen van het kabinet om de crisis het hoofd te bieden.
Dat concludeert AWVN op basis van een ledenonderzoek in de afgelopen dagen naar de effecten van de coronacrisis op bedrijven. Naast faciliteiten voor thuiswerken – meer dan 90% – gebruiken werkgevers bijvoorbeeld het aanpassen van dienstroosters (40%) en het toekennen van extra verlof (14%) als mogelijkheden om zich aan te passen aan deze onverwachte situatie die is ontstaan door de uitbraak van het coronavirus. Ook de meedenkende opstelling van vakbonden en ondernemingsraden (30%) werkt mee.
Bijna de helft denkt een beroep op de steunmaatregelen van de overheid te zullen doen.
Bron: AWVN.nl, 26-03-2020
Dga geniet loon door bestaan rekening-courant
Betaalt een bv het loon van haar dga niet uit, dan kan de dga stellen dat hij het loon niet heeft genoten. Hij is over dat niet-genoten loon evenmin belasting verschuldigd. Heeft die dga echter een rekening-courantschuld aan de bv, dan is verrekening mogelijk. De dga heeft het loon dan fiscaal gezien toch genoten.
Een dga krijgt van zijn bv over de jaren 2013 en 2014 een loon toegekend van € 81.637. Hoewel de bv in die jaren maar € 13.556 respectievelijk € 15.000 uitbetaalt, houdt zij wel het volle bedrag aan loonbelasting in. De dga neemt als standpunt in dat hij het niet-uitbetaalde loon fiscaal gezien niet heeft genoten. Maar zelfs al had hij het loon genoten, zo stelt de dga, dan heeft hij dit loon ter beschikking gesteld aan zijn bv door het niet te innen. In dat geval meent hij dat hij de bijbehorende vordering op zijn bv kan afwaarderen. De Belastingdienst gaat niet mee in de redenering van de dga. Daarom probeert de dga zijn gelijk te halen in een beroepsprocedure voor Rechtbank Noord-Holland.
De rechtbank constateert dat de dga het niet-uitbetaalde loon wel degelijk heeft genoten. Het desbetreffende bedrag is namelijk te verrekenen met de rekening-courantschuld van de dga aan zijn bv. De dga werpt tegen dat volgens de wet de werkgever alleen in specifieke gevallen het loon van een werknemer mag verrekenen met zijn schuld. Anders geldt een verrekeningsverbod. De rechtbank bevestigt dat normaal gesproken verrekening tussen loon en schulden van een werknemer is verboden. Maar dit verbod rust op de werkgever, omdat het is bedoeld om werknemers te beschermen. Als een werknemer zelf baat heeft bij verrekening, geldt het verbod niet. De rechter verwerpt eveneens de stelling dat sprake zou zijn van terbeschikkingstelling.
Bron: Rb. Noord-Holland 03-04-2019
RVO gaat coulant om met WBSO
Werkgevers die in 2019 een S&O-verklaring hebben ontvangen, moeten normaal gesproken uiterlijk 31 maart 2020 een mededeling doen. Ook kunnen werkgevers vanaf 1 april WBSO aanvragen. In verband met de coronacrisis is besloten coulant om te gaan met deze deadlines.
De mededeling kan nog tot en met 15 juni 2020 worden ingediend zonder dat RVO de mededeling als te laat beschouwt of een boete oplegt. Werkgevers krijgen hierdoor meer tijd om de gerealiseerde S&O-uren en eventuele gemaakte kosten en uitgaven over het jaar 2019 aan RVO door te geven.
Zelfstandigen die in 2019 500 of meer S&O-uren hebben gemaakt, hoeven geen mededeling te doen.
Aanvraag vanaf 1 april
Werkgevers die WBSO willen aanvragen met startmaand april 2020, moeten normaal gesproken uiterlijk 31 maart een aanvraag indienen. In verband met de drukte bij RVO is deze termijn verlengd tot en met zondag 5 april 2020.
Bron: RVO.nl, 31-03-2020
AVG tijdelijk lagere prioriteit door coronacrisis
De Autoriteit Persoonsgegevens zal organisaties ruimte geven om hun volledige aandacht te besteden aan het bestrijden van de gevolgen van de coronacrisis. Deadlines voor het aanleveren van informatie aan de toezichthouder worden opgerekt waar nodig en de AP zal de komende tijd per geval goed kijken wat passend is en wat niet.
‘Privacy is heel belangrijk, maar moet goede zorg nooit in de weg zitten, zeker nu niet.’
Dat geldt ook voor het contact tussen artsen en patiënten. Veel zorgorganisaties hebben een manier om beveiligd te beeldbellen, maar sommige niet. De AP zegt: gebruik als het echt niet anders kan consumentenapps als FaceTime of Skype. Maar wees daarbij voorzichtig: doe het alleen bij hoge uitzondering en deel via die apps zo min mogelijk gevoelige gegevens.’
Bron: autoriteitpersoonsgegevens.nl, 20-03-2020
Tijdelijk extra ondersteuning voor zelfstandigen (Tozo)
Zelfstandigen met financiële problemen kunnen een beroep doen op de tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers, die door gemeenten wordt uitgevoerd.
Zelfstandigen (met personeel), dga’s en zzp’ers kunnen ondersteuning aanvragen in de vorm van een aanvullende uitkering voor levensonderhoud en/of voor bedrijfskapitaal. De uitkering voor levensonderhoud vult het inkomen (maximaal drie maanden) aan tot het sociaal minimum. Op een lening voor bedrijfskapitaal (max. €10.517) kan een beroep worden gedaan om acute liquiditeitsproblemen op te lossen.
Meer specifiek gelden de volgende eisen:
gevestigde zelfstandigen, vanaf 18 jaar tot de pensioengerechtigde leeftijd;
woonachtig en rechtmatig verblijvend in Nederland;
Nederlander of daarmee gelijkgesteld;
het bedrijf of zelfstandig beroep wordt in Nederland uitgeoefend;
voldoet aan wettelijke vereisten voor de uitoefening van het eigen bedrijf, waaronder ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel;
is vóór 17 maart 2020, 18.45 uur gestart met de onderneming en voldoet aan het urencriterium, d.w.z. minimaal 1.225 uur per jaar (of 23,5 uur per week) werkzaam in het eigen bedrijf of zelfstandig beroep;
woonachtig in de gemeente, waar aanvullende inkomensondersteuning wordt aangevraagd.
Zelfstandigen kunnen vanaf 1 maart worden gecompenseerd. De regeling blijft in ieder geval tot 1 juni 2020 bestaan. Via rijksoverheid.nl kan men nagaan of men in aanmerking komt voor de Tozo.
Bron: Rijksoverheid, Financiële maatregelen COVID-19
NOW-regeling vanaf 6 april open
Ondernemingen met meer dan 20% omzetverlies kunnen vanaf 6 april 2020 een aanvraag indienen voor de NOW-regeling. Bedrijven krijgen binnen drie tot vijf weken bericht.
Bedrijven die gedurende drie maanden ten minste 20% omzetverlies hebben, kunnen hiermee vanaf 1 maart een tegemoetkoming van maximaal 90% van de loonsom krijgen naar rato van de omzetdaling. Voorwaarde is dat bedrijven hun medewerkers hun reguliere salaris blijven doorbetalen en dat bedrijven tijdens de periode dat er subsidie wordt ontvangen geen aanvraag doen voor ontslag om bedrijfseconomische redenen.
Om de hoogte van het omzetverlies te bepalen, moeten werkgevers eerst hun totale omzet uit 2019 delen door vier. Zij vergelijken dat vervolgens met de omzet in maart-april-mei 2020. Maar soms is uitblijvende klandizie pas later terug te zien in de omzetdaling. Daarom kunnen werkgevers ook een periode aangeven voor de omzetvergelijking die één of twee maanden later start. Voor een concern wordt de omzetdaling van het hele concern aangehouden.
Voor de loonsom gebruikt UWV automatisch de gegevens uit de loonaangifte van de Belastingdienst. UWV neemt hierbij als grondslag het zogenaamde socialeverzekeringsloon. Hier komt voor alle bedrijven dezelfde opslag van 30% bovenop voor werkgeverslasten zoals de opbouw van het vakantiegeld, pensioen en de werkgeverspremies. Er zit daarnaast een maximum aan het loon per werknemer van € 9.538 per maand. Salaris boven dit bedrag wordt niet gecompenseerd. Ruim 98,5% van de werkenden valt onder dit maximum.
De loonsom in de subsidieperiode wordt vergeleken met de loonsom van januari zoals bekend bij de Belastingdienst. Als die ontbreekt, wordt de loonsom van november 2019 genomen. Om calculerend gedrag te voorkomen, worden wijzigingen in de loonaangifte van januari die na 15 maart zijn doorgegeven, voor deze regeling niet meegenomen. Vanwege het belang van de loonsom voor de subsidie is het belangrijk dat werkgevers tijdig loonaangifte blijven doen bij de Belastingdienst. Ook het salaris van flexwerkers wordt gecompenseerd, er is geen onderscheid naar contractvorm.
Van de werkgever wordt verwacht dat hij in de periode van 18 maart tot en met 31 mei 2020 bij UWV geen verzoek doet om toestemming te verkrijgen voor opzegging van een arbeidsovereenkomst wegens bedrijfseconomische redenen. De voorwaarde geldt niet voor ontslagaanvragen die bij het UWV zijn ingediend in de periode van 1 maart tot en met 17 maart.
Aanvragen
De aanvraagperiode loopt tot en met 31 mei 2020. Werkgevers geven bij de aanvraag de verwachte omzetdaling op. Als UWV positief oordeelt, keert UWV een voorschot van 80% uit. Dat gebeurt in drie termijnen. Het eerste deel van het voorschot wordt uitgekeerd binnen twee tot vier weken na de indiening van de aanvraag, al verwacht UWV dat dit voor de meeste bedrijven sneller kan.
Binnen 24 weken na afloop van de periode waarover de NOW is toegekend, dient de werkgever vaststelling van de subsidie aan te vragen. In beginsel is hiervoor een accountantsverklaring vereist. Vervolgens zal UWV binnen 22 weken een eindafrekening doen. Die kan hoger of lager uitvallen dan bij de eerste opgave werd verwacht.
Het kabinet zal monitoren wat de precieze werking van de maatregel is en – indien nodig en mits uitvoerbaar – aanpassingen doorvoeren.
Ondernemers die al een beroep hebben gedaan op de wtv-regeling krijgen bericht wat ze alsnog aan moeten leveren om in aanmerking te komen voor de NOW.
Bron: Min SZW 31-3-2020